Nierfalen bij hond en kat
Voorkomen en Symptomen:
Chronische nierinsufficiëntie (= verminderde nierfunctie) komt frequent voor bij oudere katten en minder vaak bij honden. Verminderde nierfunctie komt voor bij 35% van alle geriatische Katten (>10jr oud), en bij 10% van alle katten!
De exacte oorzaak van de verslechterende nierwerking is meestal niet vast te stellen. Dit proces is echter, op het moment dat de eerste klachten zich aandienen, vaak al lange tijd gaande. Pas wanneer 75% van de nierfunctie verloren is, ontstaan klachten. Dit is omdat de nieren een grote reservecapaciteit hebben.
Deze symptomen beginnen vaak met veel drinken (dagelijks meer dan 800 ml voor een gemiddelde kat; meer dan 10% van het lichaamsgewicht van de hond per dag) en veel plassen.
Vervolgens neemt de algehele conditie van het dier (vooral van de vacht) af en ontstaan problemen als suf zijn, slecht eten en regelmatig overgeven en vermageren. Door beschadiging van slijmvliezen hebben nierpatiënten meer kans op tandvleesontstekingen, blaasontsteking en zijn ze vaker aan de diarree.
Het ontstaan van deze symptomen kan maanden in beslag nemen, maar kan ook binnen een dag gebeuren. Wat we het meest zien is:
•Veel drinken, veel plassen
•Vermageren
•Slechte eetlust
•Braken
•Slechte algehele conditie, doffe vacht
Diagnose en behandeling:
De belangrijkste parameters in de diagnose, prognose, behandeling en controle van nierfalen zijn creatinine, kalium, anorganisch fosfaat, SDMA, totaal eiwit en albumine in het bloed, de eiwit-creatinine ratio in de urine, en de bloeddruk. Er is dus vrij veel onderzoek nodig om een goed beeld te krijgen van de ernst van het nierprobleem.
Naast genoemd bloed- en urine-onderzoek, en de bloeddrukmeting, kan echo onderzoek extra informatie geven over de nieren.
Bij nierpatiënten zijn waarden creatinine, SDMA (=Symmetric DiMethylArginine), anorganisch fosfaat van het bloed, en de eiwit-creatinine ratio van de urine vaak verhoogd. Kalium, totaal eiwit en albumine kunnen verlaagd zijn.
Verhoogde bloeddruk kan een gevolg zijn van nierfalen, maar kan ook ten gevolge van schildklierproblemen (bij de kat), hartproblemen(bij de kat) of door onbekende oorzaak. Verhoogde bloeddruk speelt een belangrijke rol in de progressie (slechter worden) van het nierfalen, en moet dus regelmatig gemeten worden en zo nodig behandeld met medicatie.
De behandeling van een nierpatiënt omvat:
Vocht.
Door de toediening van veel vocht via infusen worden gifstoffen, creatinine en anorganisch fosfaat als het ware uit het lichaam weggespoeld. Hiermee proberen we de conditie van het dier in eerste instantie te verbeteren. Bij katten kan dit vaak via een onderhuids infuus wat 1xdaags gedurende een paar dagen gegeven wordt. Bij honden, en bij katten in zeer slechte toestand, is een opname voor intra-veneuze infuustherapie noodzakelijk.
Dieetvoeding.
Een nierdieet is onmisbaar in de behandeling. Het is zodanig samengesteld, dat het de aanvoer van allerlei potentiële gifstoffen vermindert, zodat de resterende nierfunctie voldoende is om het dier in conditie te houden. Tevens corrigeert het dieet de veranderde zoutsamenstelling en de zuurgraad van het bloed.
Omdat de nieren zich vaak niet meer herstellen, moet een dieet levenslang worden gegeven. Nierdieten zijn bij ons verkrijgbaar in verschillende smaken, van verschillende merken en in de vorm van zowel brokjes als blikvoer. Daardoor kunt u volop variëren in de maaltijd van uw dier.
Telmisartan.
Telmisartan (Semintra®) is een medicijn wat behoort tot de Angiotensine Receptor Blokkers. Het gaat eiwitverlies via de nieren tegen. Aangezien eiwitverlies via de nieren de nier zelf ook weer schade toebrengt is het belangrijk om dit tegen te gaan om verdere nierschade zoveel mogelijk te voorkomen. Daarnaast remt het medicijn de ontstekingsreactie in de nieren af waardoor het een beschermend effect heeft tegen verdere nierschade.
Telmisartan wordt 1x daags toegediend. Het moet - net als het dieet - levenslang worden gebruikt. Telimsartan heeft ook een bloeddrukverlagend effect, maar is bij echt hoge bloeddruk voor dit doel vaak onvoldoende.
Amlodipine (Amodip®) is een medicijn wat indien nodig gegeven kan worden om de bloeddruk te normaliseren. Zoals eerder vermeldt geeft een te hoge bloeddruk snellere verslechtering van de nierfunctie.
Ipakitine® is een voedingssupplement dat gegeven kan worden bij een te hoge anorganisch fosfaat waarde in het bloed. Het bindt fosfaat in de darmen zodat dit verminderd opgenomen wordt.
Aspirine kan in geval van hoog eiwitverlies via de nieren in lage dosering nodig zijn om ongewenste bloedstolling tegen te gaan. Indien er veel eiwitverlies is kunnen namelijk ook veel antistollingsfactoren (ook eiwitten in het bloed) verloren gaan, waardoor het evenwicht tussen stolling en antistolling verstoort kan worden.
Tumil-K: is een voedingssupplement om indien nodig een kaliumtekort aan te vullen. Nierinsufficiëntie kan gepaard gaan met verhoogt verlies van kalium via de urine. Katten met te laag kalium krijgen last van spierzwakte en slechte eetlust.
Oorzaak:
de oorzaak van nierfalen is helaas lang niet altijd te achterhalen. De hiervoor nodige onderzoeken zijn vaak wat ingrijpend: zo kan het hiervoor nodig zijn om een patiënt door te sturen voor een nierbiopt. Hierbij wordt wat weefsel uit de nier gehaald voor microscopisch onderzoek. Dit onderzoek is dusdanig belastend dat het zelden wordt toegepast bij nierpatiënten.
Wel kan een echo-onderzoek de nieren in beeld brengen zonder het dier te belasten. Echo onderzoek kan anatomische afwijkingen zoals PKD (=Polycystic Kidney Disease, vrij veel voorkomende nierziekte bij perzen) aantonen.
Bij honden en katten met nierfalen moet in ieder geval een nierbekkenontsteking worden uitgesloten door middel van bacteriologisch urineonderzoek.
Monitoring van nierpatiënten:
Controles: Hoe vaak een nierpatiënt voor controles terug moet komen varieert nogal, afhankelijk van de ernst van het nierprobleem, en aanwezige complicerende factoren als hoge bloeddruk en eiwitverlies via de nieren.
In onze kliniek werken we met een protocol waarbij nierpatiënten eerst worden ingedeeld in een gradatie van nierfalen ( 1 t/m 4), waarbij er voor elke gradatie een aangepast protocol van controles en behandeling is.
Voor een goede begeleiding van nierpatiënten is controle van creatinine in het bloed, eiwit-creatinine ratio in de urine en bloeddruk elke 3 maanden gewenst. Bij aanvang van de behandeling zijn bepaalde onderzoeken vaker nodig: zo moet de bloeddruk op effect worden behandeld en bij aanpassing van de dosering amlodipine al na 2 dagen opnieuw gemeten worden.
Bloeddrukmeting bij de kat.
Belangrijk:
Zorg altijd voor voldoende vers drinkwater! Een nierpatiënt kan zijn urine minder goed concentreren en plast daardoor veel. Als hij niet voldoende vocht opneemt, zal hij dus uitdrogen. Houdt u daarom altijd goed in de gaten of uw dier zelf voldoende vocht opneemt. Om de dagelijks vochtopname te stimuleren kunt u eventueel de brokjes laten weken of extra water aan het blikvoer toevoegen
Prognose:
De prognose van nierpatiënten hangt sterk af van de ernst van het nierfalen en de oorzaak. Dit is dus ook beter in te schatten als er meer parameters bekend zijn zoals bloed- en urineonderzoek en bloeddruk.
Een groot voordeel van het gebruik van meerdere parameters voor meting van nierfalen is dat ook bij dieren die nog geen verschijnselen vertonen al een goede inschatting van aanwezige nierschade gemaakt kan worden! Bij deze groep dieren kan dan al in een vroeg stadium een behandeling gestart worden, met een veel betere prognose voor de lange termijn.
Preventie:
Een vrij nieuwe test voor de nierfunctie, SDMA, maakt het mogelijk om al verminderde nierfunctie aan te kunnen tonen als de nierfunctie met 40% verminderd is. Met de al vele jaren gebruikte parameter Creatinine is dit pas aan te tonen als de nierfunctie al met 75% verminderd is. Het is nu dus mogelijk om in een veel vroeger stadium van nierziekte, nog voordat er klinische verschijnselen zijn, de ziekte te onderkennen en te gaan behandelen. Nierdieet en Telmisartan kunnen dan het moment dat er wel klinische verschijnselen optreden uitstellen en mogelijk zelfs voorkomen.
Een periodieke screening van alle oudere katten en honden door middel van een eenvoudig bloedonderzoek is daarmee een waardevol hulpmiddel bij het voorkomen of uitstellen van nierziekten.